EnergieVRETERS

0
2009
Fintessa Vermogensbeheer - Fotografie iStockphoto

De coronapandemie heeft de eens zo machtige energiesector een behoorlijk kopje kleiner gemaakt. De vraag lijkt gerechtvaardigd of de sector de huidige malaise te boven zal komen. Niet alleen is door de corona-uitbraak en de daaropvolgende lockdowns de vraag naar olie gedaald maar ook de wereldwijde energietransitie zet de sector onder druk. Steeds meer grote professionele beleggers wereldwijd uiten hun twijfels over beleggingen in fossiele brandstoffen. Na de presidentswissel in de Verenigde Staten lijkt ook dat land te gaan deelnemen aan de groene revolutie. Een wereld waar in de energiebehoefte wordt voorzien door windmolens, zonnepanelen en waterkracht komt steeds dichterbij.

Dat gezegd hebbende zien we dat er sprake is van enige beweging op de oliemarkt. Sinds begin november 2020, toen we zicht kregen op een vaccin tegen Covid-19, is er een versnelling in de stijging van de olieprijs gekomen. Nu we wereldwijd aan het vaccineren zijn geslagen hopen we dat we met z’n allen op redelijk korte termijn meer zullen gaan autorijden en vooral vliegen. Omdat we zulke energievreters zijn en blijven worden fossiele brandstoffen duurder, ook al is de vraag er nu nog niet.

Maar, er is meer. Als de nieuwe Amerikaanse president zijn energieplannen uitvoert en de olieproductie in de Verenigde Staten daardoor duurder wordt, kan dat ertoe leiden dat er minder zal worden geproduceerd. Daar komt bij dat de olie- en gasmultinationals de investeringen in nieuwe bronnen, soms gedwongen, laag houden.

Er kan een scenario ontstaan dat bij een economische opleving het aanbod van olie sterk achterblijft bij de vraag. Het Noorse energieadviesbureau Rystad Energy waarschuwt zelfs voor grote olietekorten, ondanks de coronapandemie en de ingezette energietransitie. Het bureau denkt dat er forse investeringen nodig zullen zijn om de komende dertig jaar aan de vraag naar olie te voldoen. De onderzoekers verwachten dat het equivalent van 139 miljard vaten aan de huidige oliereserves moet worden toegevoegd. Volgens het bureau is dat een onmogelijke opgave als het huidige lage investeringsniveau aanhoudt.

Zo zou er dus de vreemde situatie kunnen ontstaan dat een zich herstellende wereldwijde economie veel meer energie nodig heeft dan er voorhanden is. Het tempo van de oplopende vraag zou de groene revolutie aar adem kunnen laten happen. Daar komt nog bij dat de geplande grootschalige investeringen in schone energie wel eens kunnen gaan verzanden in een moeras van gebrekkige financiering. Door de pandemie hebben overheden zich zo zwaar in de schulden moeten steken dat het de vraag is hoeveel er straks overblijft voor de groene revolutie. Misschien moeten er zelfs weer kolencentrales operationeel worden om in de energiebehoefte te kunnen voorzien.

Een ander bizar gevolg van deze ontwikkeling zou kunnen zijn dat juist grote oliemaatschappijen die tot op heden een lange neus hebben getrokken naar de energietransitie en vol zijn blijven inzetten op het oppompen van fossiele brandstoffen, wel eens als winnaars uit de bus kunnen komen, net als de staatsoliemaatschappijen die weinig last hebben van de maatschappelijke druk om minder in fossiel te investeren.

Dit verhaal is zeker geen pleidooi tegen de energietransitie. Een gang naar schonere energie lijkt bittere noodzaak. Maar misschien zet de oliesector zich nog één keer schrap voor een laatste rally voor men definitief in de vergetelheid verdwijnt.