Love to shop

0
2617
Column Jorissa Neutelings

Jij hebt er vast ook één in de buurt: twee supermarkten, twee afhaalrestaurants, een drogist, een viswinkel, een huishoudketen en met beetje geluk ook nog een modezaak en een ijssalon. Ideaal voor dagelijkse boodschappen en wat andere zaken die je regelmatig nodig hebt.

Dicht

Laatst liep ik weer eens door ons ‘centrum’ en ik werd er een beetje bedroefd van. Er staan zeker zes winkelpanden leeg door alle recente faillissementen van grote ketens. Maar ook kleine speciaalzaken redden het niet. Logisch, want in onze wijk moet de omzet in drie dagen gemaakt worden. Overdag werkt iedereen buiten de wijk behalve op woensdagmiddag, vrijdagmiddag en in het weekend. De klassieke winkeltijden worden echter nog gehanteerd dus het gros van de tijd sta je als winkelier met je personeel in je winkel zonder klanten. Daarnaast is zondag topdrukte, maar krijgen de medewerkers ook een toeslag waardoor de omzet die je hard nodig hebt, weinig marge opbrengt.

Ook zijn wij inmiddels in de wijk gewend dat de boodschappen thuis worden gebracht en als je de verplichte gang niet hebt naar de supermarkt, dan kom je ook niet bij die andere winkels. Dus moeten de bezorgers van andere producten ook overuren draaien, je hebt die spullen immers toch nodig.

Schuldig

Stiekem voel ik me schuldig. Door mijn vak, digitaliseren van alles wat nu door mensen gebeurt, draag ik onbedoeld bij aan een teloorgang van fysieke winkelcentra. Digitaal shoppen is natuurlijk ook zo veel fijner en tijdbesparend. Toch las ik laatst dat een dagje winkelen nog steeds bovenaan staat van favoriete activiteiten, reed ik vol in de file naar die outlet in het Zuiden omdat ze op een nationale feestdag open waren en bloeien de stedentrips als nooit tevoren en daar hoort winkelen zeker bij. Meestal hoor je van je vrienden weinig over de prachtige musea die ze hebben bezocht, maar vooral over wat ze gekocht hebben op reis en hoe gezellig de stad en de winkels waren. Zelf ijsjes maken waar mensen voor in de rij staan, speelgoedwinkels met levensgrote Legopoppen, snoepmuren in alle kleuren, wijntastings in een drankenzaak zijn maar een paar voorbeelden.

Waarom dan toch die lege winkels?

Los van dat veel winkelbedrijven zo’n 10 jaar te laat begonnen zijn om hun financieel model te baseren op digitale inkomsten, zie je ook dat de fysieke winkels niets extra bieden ten opzichte van de digitale. Sterker nog, je moet dealen met een ongeïnteresseerde zaterdaghulp, je moet veel energie stoppen in de aankoop: product vinden, pakken, afrekenen, inpakken en dan nog thuis zien te komen. Als echte winkels alles bieden wat je digitaal veel makkelijker kan krijgen, zullen de winkelcentra heel snel verdwijnen.

Beleven en niets willen missen

Er is maar één reden waarom mensen meer moeite doen: er iets te halen wat ze anders missen. Als je dat als winkelier of keten niet begrijpt, dan kun je de deuren snel sluiten. De tijden van een winkel waar ook een webshop bijzit is echt voorbij. Dus vol richten op de extra’s in de winkel, aanbod en belevenis: zoals gratis koffie of wijntje tijdens het winkelen, nieuwe smaken proeven en producten uitproberen, of andere producten waar je online niet aan kan komen. En dan vraag ik de beleidsmakers meteen om de winkelwet op de kop te gooien. Geen extra betaling op zon- en feestdagen. Zorg dan meteen dat de winkels niet altijd open hoeven maar dat ze bijvoorbeeld lunchpauzes, avonden of momenten benutten wanneer mensen rondom dat centrum er daadwerkelijk zijn. Dat past ook nog eens goed bij het opwarmende weer: op het heetst van de dag houd je lekker een siësta.

Ik geloof in een toekomst voor èchte winkels maar als je blijft doen wat je altijd deed, tja, dan weten we hoe het afloopt.