Wie dan leeft, wie dan zorgt?

0
3074

Niet zo lang gelden viel weer in de kranten te lezen dat de grote pensioenfondsen hun financiële positie in het derde kwartaal stabiel wisten te houden, maar dat de kortingsgrens nog steeds dichtbij is. Uit de gepubliceerde kwartaalrapportages blijkt dat de dekkingsgraden van het ABP, PME en PMT ongeveer 90 procent bedragen en die van PZFW 87 procent. Afhankelijk van de renteontwikkeling zou in het vierde kwartaal alsnog onderdekking kunnen ontstaan wat tot korting op de pensioenuitkeringen zou kunnen leiden.

De rente aan het begin van het afgelopen derde kwartaal daalde als gevolg van de Brexit, maar eind september, begin oktober leek het erop dat we (voorlopig) de bodem hebben gezien. De opmerking van de heer Mario Draghi dat de ECB niet eeuwig door zal gaan met het stimuleren van de Europese economie, leidde tot een lichte stijging van de rente. Als deze trend van een oplopende rente doorzet, dan is het probleem van de mogelijk te lage dekkingsgraad van de pensioenfondsen snel opgelost.

De richting waarin de rente zich ontwikkelt kan echter ook zo maar weer omslaan. Een verlenging van het opkoopprogramma door de ECB zit weliswaar in het vat, maar (nog) niets is zeker. Er is ook nog een ‘hobbeltje’ van het Italiaanse referendum. Er blijft dus voldoende onzekerheid.

Het is echter ook een onzekerheid die we ons zelf opleggen. Die is ten eerste ontstaan door de keuze voor een rekenrente die de huidige rentestand weerspiegelt. Dat lijkt op het eerste gezicht nu dan wel reëel, maar wie zegt dat deze rentestand over 10, 20 of 30 jaar nog steeds zo is?

Ondertussen bulken de pensioenfondsen van het geld. Ze hebben er zelfs moeite mee om alles renderend weg te zetten. Tegelijk zijn ze vreselijk ‘arm’. Ze zijn zo arm dat er door de gehanteerde lage rekenrente in de (verre) toekomst mogelijk een dekkingsprobleem kan ontstaan. Het is namelijk niet het beleggingsresultaat, maar vooral de gehanteerde rekenmethode die de pensioenen onder druk zet. Door de lage rente waarmee gerekend wordt, moeten pensioenfondsen immers nog meer in kas houden om aan de toekomstige verplichtingen te kunnen voldoen.

Daarmee is direct duidelijk dat de huidige problematiek van de dekkingsgraden niet alleen het probleem is van iedereen die nu al met pensioen is. De rekening komt net zo goed, en misschien wel meer, op het bordje van de jongeren die door de vergrijzing op basis van het huidige systeem en de discussie over de houdbaarheid van de AOW, een nog moeilijkere pensioentoekomst tegemoet gaan.

Er gaan steeds meer geluiden op die pleiten voor iets minder rigiditeit ten aanzien van de rekenrente. Daarbij moet de aantekening worden gemaakt, dat iedereen er momenteel op achteruit gaat. Kijk maar naar alle spaarders die nog maar een erg lage nominale rente ontvangen op hun spaarcentjes en meer vermogensbelasting moeten betalen dan dat er op hun rekening aan rente wordt bijgeschreven. Het is niet leuk, maar het is wel de wereld waarin wij nu leven.

Het mogelijke beleggingsrendement kan nog eens verder onder druk komen te staan, omdat we vanuit zowel de maatschappij als de toezichthouder, de pensioenfondsen steeds meer ethische beperkingen opleggen. Waarom mogen ze van ‘ons’ niet beleggen in fossiele brandstoffen (oliemajors), medicijnen/biotech, Monsanto en aanverwanten, en obligaties van Saoedi-Arabië?

Het lijkt mij verstandig als we minstens net zo nauwgezet, ook eens kijken naar al het geld dat weglekt naar Amerikaanse zakenbanken. Deze maken, zoals in de TV-serie ‘Zwarte Zwanen’ van de VPRO duidelijk en toegankelijk in beeld werd gebracht, op kosten van onze pensioenmiddelen fantastische winsten met twijfelachtige beleggingen. En dat puur en alleen voor de bonus van de handelaar. En dat lijkt me nu juist niet de bedoeling van ons zorgvuldig gespaarde geld.